Lanlon.

Het begrip gezondheid

Dit hoofdstuk is bewust het begin van deze Lanlon site.
Om te weten welke ondersteuning je wil bieden, is het van belang te weten wat je onder gezondheid verstaat van jezelf en voor degene die je ondersteund. Waar voel je je goed bij en waar heb je ondersteuning nodig en waar wil je deze geven. Daarnaast wordt er in dit hoofdstuk aandacht besteed aan je ondersteuningservaring.

In de definitie van gezondheid volgens de WHO, (wereld gezondheid organisatie), gaat het niet zozeer om de afwezigheid van ziekte of gebrek. Het gaat om het welzijn van de mens.

Dit wordt gezien als volledigheid van lichamelijke, geestelijke en sociale vorm. De definitie van gezondheid volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is: "Een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en sociaal welzijn en niet slechts de afwezigheid van ziekte of gebrek."

Gezondheid WHO & IPH

Definitie van gezondheid van IPH, de stichting Positieve Gezondheid.

Deze stichting, opgericht door Machteld Huber, omschrijft gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven. Zij beschrijven gezondheid als volgt: Health as the ability to adapt and to self manage, in the face of social, physical en emotional challanges.

Gezondheid richt zich dan ook meer op een vaardigheid en een sociale omgeving, zodat je je kunt richten op betekenis in het leven.

Om in kaart te brengen waar je je wel in voelt en waar je ondersteuning nodig hebt, heeft Machteld gezondheid in 6 verschillende dimensies onderscheiden. Kort samengevat zijn deze zes dimensies van Positieve Gezondheid:

1) Lichaamsfuncties – Ik voel me gezond en fit

2) Mentaal welbevinden – Ik voel me vrolijk

3) Meedoen – Ik heb goed contact met andere mensen

4) Dagelijks leven – Ik kan goed voor mezelf zorgen

5) Kwaliteit van leven – Ik geniet van mijn leven

6) Zingeving – Ik heb vertrouwen in mijn eigen toekomst

In een zeer eenvoudige vragenlijst waarbij je zelf de vragen beantwoord met de waarde (tussen 1 & 10) doorloop je deze dimensies. Vul deze in voor jezelf of voor degene die je ondersteund via de site www.Iph.nl met de digitale of papieren versie van de vragenlijst via MijnPositieveGezondheid.nl

Hieronder een uitschrijving inclusief de bij genoemde aspecten:

1) Lichaamsfuncties: Dit verwijst naar het fysieke aspect van gezondheid, waarbij de nadruk ligt op het functioneren van het lichaam, zoals de zintuigen, mobiliteit, energieniveaus en het vermogen om dagelijkse activiteiten uit te voeren.

Welke waarde geef je aan de lichaamsfuncties; Fysieke fitheid en conditie; Vermogen om dagelijkse activiteiten uit te voeren; Energie- en slaappatronen; Gezonde voeding en gewichtsbeheersing; Zintuiglijke functies, zoals zien, horen, ruiken, proeven en voelen.

2) Mentale en psychische functies: Dit omvat het emotionele en cognitieve welzijn, zoals het vermogen om om te gaan met stress, veerkracht, zelfvertrouwen, zelfexpressie, denkvermogen en het ervaren van positieve emoties.

Welke waarde geef je aan mentale en psychische functies: Emotioneel welzijn en veerkracht; Stressmanagement en copingvaardigheden; Zelfvertrouwen en zelfbeeld; Vermogen om emoties te herkennen en ermee om te gaan; Denkvermogen, concentratie en geheugen.

3) Sociaal-maatschappelijk participeren: Dit houdt verband met de sociale aspecten van gezondheid, zoals het hebben van ondersteunende relaties, het ervaren van verbondenheid, deelname aan de samenleving, het hebben van een gevoel van eigenwaarde en het gevoel bij te dragen aan anderen.

Welke waarde geef je aan sociaal-maatschappelijk participeren: Kwaliteit van sociale relaties en ondersteunend netwerk; Sociale verbondenheid en inclusie; Deelname aan sociale activiteiten en gemeenschap; Gevoel van eigenwaarde en sociale acceptatie; Bijdragen aan anderen en de samenleving;

4) Dagelijks functioneren: Dit heeft betrekking op het vermogen om dagelijkse activiteiten uit te voeren, zoals zelfzorg, huishoudelijke taken, werk, onderwijs en vrijetijdsbesteding.

Welke waarde geef je aan dagelijks functioneren: Onafhankelijkheid en zelfredzaamheid; Uitvoeren van dagelijkse activiteiten, zoals persoonlijke verzorging, werken, leren en huishoudelijke taken; Mobiliteit en fysieke capaciteit; Toegang tot hulpmiddelen en ondersteuning voor dagelijks functioneren.

5) Kwaliteit van leven: Dit verwijst naar de algehele ervaren levenskwaliteit, inclusief tevredenheid met het leven, het ervaren van plezier en betekenisvolle activiteiten, en het hebben van doelen en aspiraties.

Welke waarde geef je aan kwaliteit van leven: Algemene tevredenheid met het leven; Ervaren van plezier en voldoening; Betekenisvolle activiteiten en doelen hebben; Gezondheid gerelateerde kwaliteit van leven, zoals symptoombeheersing en functioneel welzijn; Subjectieve waardering van levensomstandigheden.

6) Zingeving: Dit heeft betrekking op het hebben van een gevoel van betekenis en doel in het leven, spirituele verbondenheid, het ervaren van voldoening en het vinden van persoonlijke waarde en zingeving in activiteiten.

Welke waarde geef je aan zingeving: Zingeving en betekenis in het leven ervaren; Spirituele of religieuze overtuigingen en praktijken; Voldoening en vervulling halen uit activiteiten; Waarden, overtuigingen en persoonlijke missie; Persoonlijke groei en ontwikkeling

Meer informatie hierover is te vinden op:

Gezondheid visie met 7 dimensies

In een ondersteuningsrelatie is deze relationele afhankelijkheid ook van belang. De ene ondersteuningsrelatie gaat het geheel gelijk op. Zo kunnen beide personen elkaar ondersteunen en staande houden.
Het mooiste is natuurlijk dat beide hierin gelukkig en zichzelf kunnen zijn.
Je mentaal welbevinden kan ook in een afhankelijkheidsrelatie zowel als gever als ontvanger van de ondersteuning.

Het is natuurlijk zo dat zowel de mantelzorger als degene waaraan je ondersteuning biedt, beide eigen ontwikkelplekken hebben in de eigen gezondheid.

Het is dan ook slim om deze zowel voor jezelf als degene waaraan je ondersteuning biedt, in te vullen. Hiermee kun je voor de ander concreter de prioritering en de gewenste niveau van ondersteuning beter bepalen. Je krijgt namelijk door dit invullen concreter wat het achterliggende doel is.

We pleiten ervoor, naast de 6 IPH dimenties van gezondheid, het volgende te bespreken;

7) Ondersteuningservaring – Ik houd mijzelf en de ander in ere

7) Ondersteuningservaring. Dit heeft betrekking op het ervaren van je intermenselijk contact met elkaar in de ondersteunende rol.

Welke waarde geef je aan je ondersteuningservaring; Hoe wordt de geleverde inspanning/kracht en de duur/tijdsinzet die hiervoor nodig is ervaren; Hoe wordt de persoonlijke relatie wijziging door de geleverde ondersteuning ervaren; Is de verwachte ervaring anders bij onbekenden/andere personen; Is de verwachte ervaring anders bij andere steun of ander ondersteuningsnivo of intensiteit (frequentie per bijvoorbeeld week en duur per keer); Kan ik mijzelf zijn? Kan ik de ander zichzelf laten zijn? Uiteraard los gezien van de lichamelijke en of geestelijke ziekte/stoornis/verandering.

De ene persoon ervaart het als heel moeilijk om afhankelijk te zijn van een ander in bijvoorbeeld het wassen en aankleden. Terwijl een andere persoon dit geheel niet moeilijk vindt en deze afhankelijkheid geen relatie heeft met goed in haar vel zitten. Ook voor een ondersteuner kan het ondersteunen in deze zelfzorg bijvoorbeeld hierdoor heel anders worden ervaren.

Het is belangrijk om te weten hoe je eigen ondersteuningsdimensies door jezelf beoordeeld worden. Het is fijn dit te kunnen onderscheiden van de persoon die je ondersteuning geeft. Want dit zegt iets over de draagkracht en draaglast naar elkaar. Dit zegt iets over het wel of niet je de aangewezen persoon te voelen om te ondersteunen. Door de ander of door jezelf.

Bespreek het met elkaar en zorg dat (wanneer 1 van beide wil veranderen) je met name daar waar de motivatieplek is deze verandering ondersteund.

1) Lichaamsfuncties –

2) Mentaal welbevinden –

3) Meedoen –

4) Dagelijks leven –

5) Kwaliteit van leven –

6) Zingeving –

7) Ondersteuningservaring –

De ondersteuningservaring als 7e dimensie

1) Welke waarde geef je aan de lichaamsfuncties; Voel ik mij gezond en fit?

2) Welke waarde geef je aan mentale en psychische functies; Voel ik mij vrolijk?

3) Welke waarde geef je aan sociaal-maatschappelijk participeren; Heb ik goed contact met andere mensen?

4) Welke waarde geef je aan dagelijks functioneren; Kan ik goed voor mezelf zorgen?

5) Welke waarde geef je aan kwaliteit van leven: Geniet ik van mijn leven?

6) Welke waarde geef je aan zingeving: Heb vertrouwen in mijn eigen toekomst?

7) Welke waarde geef je aan de ondersteuningsrelatie: Houd ik mijzelf en de ander in ere?

Samenvattend de 7 dimensies

We willen nog een perspectief op gezondheid benoemen. Dit is het model van Lalonde.

In 1974 publiceerde Hon. Marc Lalonde, de Canadese minister van Nationale Volksgezondheid en Welzijn, het boek A New Perspective on the Health of Canadians, waarin genetische, milieu-, persoonlijke levensstijl en medische zorg werden geïdentificeerd als even belangrijke kwesties in de persoonlijke gezondheid en de gezondheid van de bevolking.

New Perspectives leidde in 1986 tot het "Handvest van Ottawa", dat gezondheidsbevordering definieerde en een essentieel onderwerp is geworden in de volksgezondheid.

Een andere naam voor het Lalonde model is het Health Field Concept. Het model wordt voornamelijk gebruikt door gezondheidswetenschappers, de World Health Organisation (WHO), artsen en verpleegkundigen

.Het model van Lalonde (1974) maakt een onderscheid tussen vier soorten determinanten die samen iemands gezondheid bepalen: Een gezondheidsdeterminant is een factor die invloed heeft op iemands gezondheid.

Gezondheidsmodel van dhr Lalonde

Volgens het model van Lalonde kunnen deze gezondheidsdeterminanten in vier categorieën worden verdeeld.

· Biologische factoren: bijvoorbeeld erfelijkheid, later verworven verwondingen

· Zorgvoorzieningen: bijvoorbeeld kwaliteit en beschikbaarheid van de zorg

· Leefstijl: bijvoorbeeld voeding en beweging

· Omgeving: bijvoorbeeld sociaal-culturele of politieke factoren

Biologische of endocriene factoren zijn individuele verschillen die ontstaan bij de geboorte of later worden verworven (zoals bij een ongeluk). Voorbeelden hiervan zijn: Geslacht/ Erfelijke aanleg voor Alzheimer / Niet-aangeboren hersenletsel.

De tweede factor “zorgvoorzieningen” heeft betrekking op de kwaliteit, organisatie en beschikbaarheid van preventieve en curatieve zorg. Voorlichting vanuit huisarts of zorginstellingen/ Wachttijden voor behandelingen / Mate waarin je lijkt op mensen uit de steekproeven voor wetenschappelijk onderzoek.

De factor “leefstijl” heeft betrekkingen op gedragingen van het individu die de gezondheid kunnen beïnvloeden: Voedingspatroon/ Bewegingspatroon / Seksuele activiteit

Omgevingsfactoren zijn sociale, economische, culturele of politieke factoren die van invloed zijn op de gezondheid. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen omgevingsfactoren met directe impact (fysieke omgeving) zoals Fijnstof/ Woningkwaliteit / Geluidsoverlast of indirecte impact (maatschappelijke omgeving), zoals Inkomen / Opleidingsniveau & Sociale kring.

Voor meer informatie; zie Marc Lalonde, Het concept van het gezondheidsveld en gezondheidsbevordering - PMC (nih.gov)..